Skip to main content

FAQ

Home / FAQ
Veelgestelde vragen

Heb een vraag, bekijk deze antwoorden.

Waarom deze site?

Wij vinden het belangrijk dat er een evenwichtige en op feiten gebaseerd beeld ontstaat over de inspanningen die de sector verricht. Op deze site geven we alle informatie over de vleeskuikensector en laten we zien waar we nu staan, en waar we binnen de gehele keten aan werken.

Wie is initiatiefnemer van deze site?

De site is een initiatief vanuit de sector; ondernemers die pluimvee slachten en/of pluimveevlees be- en verwerken, maar ook bedrijven die handelen in pluimveevlees en/of levend slachtpluimvee. Kortom, de leden die aangesloten zijn bij NEPLUVI.

Wie is NEPLUVI?

NEPLUVI is de Nederlandse vereniging van pluimveevlees producerende bedrijven. Bij NEPLUVI zijn ondernemers aangesloten die pluimvee slachten en/of pluimveevlees be- en verwerken, maar ook bedrijven die handelen in pluimveevlees en/of levend slachtpluimvee.

Krijgen vleeskuikens antibiotica?

Alléén wanneer vleeskuikens ziek zijn, krijgen zij op recept van een dierenarts antibiotica toegediend. Dit heet curatief antibioticagebruik. Hetzelfde gebeurt bij mensen.

Voorheen werd antibiotica ook preventief gebruikt. Dit gebeurde vanuit de overtuiging dat antibiotica zou helpen om de vleeskuikens gezond te houden. Toen duidelijk werd dat dit ongewenste neveneffecten kan hebben, is er een aanpak gekomen om het gebruik terug te dringen. Doelstellingen om het gebruik van antibiotica met 50% terug te dringen over de periode 2009 – 2014 heeft de vleeskuikensector ruim gerealiseerd. Daarmee stopt de aanpak overigens niet. Aan een verdere reductie wordt gewerkt.

Worden de snavels van vleeskuikens geknipt?

Nee, bij vleeskuikens worden er geen snavels geknipt.

Wat krijgen vleeskuikens te eten?

Vleeskuikens krijgen een mengsel van o.a. maïs, soja, tarwe, verschillende vitaminen en sojaolie. Bij biologische vleeskuikens is dit voer van biologische herkomst.

Op welke leeftijd worden vleeskuikens geslacht?

De leeftijd waarop vleeskuikens geslacht worden, hangt af van het soort vleeskuiken. Gangbare vleeskuikens leven 35 tot 45 dagen, scharrel vleeskuikens leven ten minste 56 dagen en biologische vleeskuikens leven 71 tot 81 dagen.

Krijgen vleeskuikens groeihormonen?

Bij vleeskuikens en ander pluimvee worden in het geheel géén hormonen gebruikt. Dergelijke middelen zijn al sinds 1961 in Nederland verboden. Op de naleving van het verbod wordt streng toegezien door de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit.

Wat is het verschil tussen gangbare, scharrel en biologische kip?

Gangbare, scharrel en biologische kip verschilt op een aantal aspecten van elkaar: ruimte in de stal, indeling van de stal, voeding en leeftijd.

De gegevens in de volgende tabel zijn minimumvereisten, gebaseerd op Europese wetgeving.

Er bestaan verschillende soorten scharrelkip: binnengehouden scharrel, scharrel met uitloop, boerenscharrel met uitloop en boerenscharrel met vrije uitloop. In de tabel zijn de eisen voor scharrel met uitloop aangehouden.

Soort kip Gangbaar Scharrel Biologisch
Ruimte in de stal 20-24 dieren per m2, afhankelijk van het gewicht. Maximaal 12 dieren per m2 in de stal en 1 m2 per dier in de uitloop buiten. Maximaal 10 dieren per m2 in de stal en 4 m2 per dier in de uitloop buiten.
Indeling van de stal Geen uitloop naar buiten maar wel vrij rondscharrelen. Gangbaar strooisel (bijvoorbeeld houtkrullen en –snippers). De stallen hebben daglicht en moeten minimaal 8 uur aaneengesloten donker zijn. Stallen zijn voorzien van uitloop naar buiten. Naast gangbaar strooisel ook strobalen voor een betere leefomgeving. De stallen hebben daglicht en moeten minimaal 8 uur aaneengesloten donker zijn. Stallen zijn voorzien van uitloop naar buiten. Naast gangbaar strooisel ook strobalen voor een betere leefomgeving.
Voeding Gangbaar kippenvoer (mais, soja, tarwe, verschillende vitaminen, sojaolie en palmolie). Gangbaar kippenvoer. Gangbaar kippenvoer van biologische herkomst.
Leeftijd 35 tot 45 dagen. 56 dagen. 70-81 dagen.

Wat is het verschil tussen één, twee of drie 'beter leven sterren'?

De Beter Leven-sterren zijn door de Dierenbescherming ontwikkeld om de consument een duidelijker beeld te geven van de leefomstandigheden van de kip die je koopt in de supermarkt. De volgende criteria gelden:
Eén Beter Leven-ster

  • Maximaal 12 dieren per m2 (in de stal)
  • Daglicht in de stal
  • De vleeskuikens hebben voor minimaal 8 uur per dag toegang tot een overdekte uitloop. Deze uitloop is minimaal 20% van de oppervlakte van de stal
  • Voor een beter leefomgeving staan er strobalen in de stal
  • Er wordt dagelijks graan gestrooid in de stal
  • De vleeskuikens zijn van een langzaam groeiend ras
  • Minimale slachtleeftijd van 56 dagen

Twee Beter Leven-sterren
Alle criteria waaraan de één Beter Leven-ster kip voldoet, aangevuld met de volgende:

  • Per dier is er 1 m2 vrije uitloop (buiten) in plaats van een overdekte uitloop

Drie Beter Leven-sterren

  • Maximaal 10 dieren per m2 (in de stal)
  • Per dier is er 4 m2 vrije uitloop (buiten)
  • Minimale slachtleeftijd van 81 dagen

Alle criteria waaraan de twee Beter Leven-sterren kip voldoet, aangevuld met de volgende:

Zit er water in supermarktkip?

Aan verse, onbewerkte kip wordt zo goed als nooit water toegevoegd. Als dit wel gebeurt moet dit op het etiket vermeld staan. Wel worden bijvoorbeeld marinades toegevoegd, maar ook dan wordt dit op het etiket bij de ingrediënten duidelijk aangegeven.

Wat is het effect van het produceren van kip op het milieu?

Kippen produceren ammoniak bij de ontlasting. In de lucht of in de bodem vormt dit na oxidatie salpeterzuur. De verzuring die door deze stof ontstaat, is schadelijk voor bijvoorbeeld bos- en natuurgebieden. Dit was vroeger een probleem dat inmiddels al zeer effectief is aangepakt. Modernere stallen zijn uitgerust met de laatste innovaties zullen steeds minder emissies uitstoten.

Fijnstof is een andere vorm van verontreiniging die bestaat uit hele kleine deeltjes. Deze deeltjes kunnen bij inademing schade aanrichten bij mens en dier. Er staan verschillende ontwikkelingen voor de deur om de lucht die uit de stal komt emissiearm te maken. Denk bijvoorbeeld aan het gebruik van een waterwasser die het stof uit de ventilatielucht wast. Of het gebruik van een ionisatiesysteem om het fijnstof in de stal aan te pakken. Dit systeem zorgt ervoor dat de stofdeeltjes worden geladen. De geladen stofdeeltjes zetten af tegen metaal of stroomgeleidende materialen, die vervolgens regelmatig goed schoon worden gespoeld.

De productie van kippenvlees belast het milieu minder dan de productie van andere vleessoorten wanneer met kijkt naar de bijdrage aan het broeikaseffect. (zie hier). De CO2 uitstoot hangt wel af van het soort kip. Biologisch kippenvlees heeft bijvoorbeeld een 58% grotere CO2 voetafdruk dan gangbare kip.